Tyttje Symens Algra

Doopakte Tietjerksteradeel 1736 Geboren op 17 maart 1736 Gedoopt op 26 augustus 1736 in Suawoude, Tietjerk Tyttje, dochter van Symen Folkerts Algera en Grietje Johannes Snoek Boarne: Tresoar Doopboek Hervormde gemeente Suawoude en Tietjerk archiefnummer 28, inventarisnummer 723, aktenummer 664

Trouwakte Tietjerksteradeel 1756 Attestatie afgegeven op 16 mei 1756 te Hardegarijp Atse Roelofs Nicolai wonende te Bergum En Tytje Symens wonende te Gaastmeer bij Heeg Boarne: Tresoar Trouwregister Hervormde gemeente Rijperkerk en Hardegarijp archiefnummer 28, inventarisnummer 721, aktenummer 319

Overlijdensakte Tietjerksteradeel, mairie Bergum, 1812 Aangiftedatum 19 oktober 1812, blad nr. 9 Tyttje Symens Algra, overleden 18 oktober 1812, oud 76 jaren, geboren te Suawoude, wonende en overleden te Bergum Weduwe van Atze Roelofs Nicolai Dochter van Symen Algra en ... , in tijden egtelieden te Suawoude comparanten: Eeuwe Cornelis Wester, schoonzoon, en Popke Popkes Vriesema, gebuur, beide te Bergum

Informatieboek Nedergerecht Tietjerksteradeel 3 april 1795 Tyttje Symens Algra, weduwe van Atze Nicolay, oud 57 jaar, wonende te Bergum, verklaart dat zij op 31 maart j.l. inkwartiering kreeg van een karreknecht met twee paarden, behorende tot de rijdende artillerie van de Franse armee, hij was al omstreeks 7 uur te bed gegaan; om 10 uur werd er buiten vreselijk lawaai gemaakt, de vensters werden met sabels ingeslagen en ook binnen vernielingen aangericht, getuige is naar haar buurman Pieter Gerbens gevlucht; de gespen van twee paar schoenen worden vermist Symen Atzes Nicolay, oud 23 jaar, wonende bij zijn moeder, verklaart dat hij 's avonds het dorp was ingegaan om te zien of er iets te doen was, bij 't Roodhart aangekomen zag hij een Fransman die erg kwaad was en een knuppel naar de ramen van Johannes Lodema smeet, getuige ging vervolgens weer naar huis, samen met zijn broer Roel Atzes Nicolay. Omstreeks 10 uur, toen hij bezig was "de beesten af te voeren" werden de ruiten ingeslagen, de buiten staande personen riepen de karreknecht, die opstond en de deuren opende, getuige is gevlucht, na een kwartier kwam hij terug, het huis was leeg en er heerste een grote ravage.